DE BABY DIE NIET GEBOREN MOCHT WORDEN | DEEL 1

De baby die niet geboren mocht worden | deel 1

We dienen een God van wonderen. Dat blijkt uit het volgende getuigenis van ons zendelingenechtpaar uit Azië. In deze tweedelige blogserie vertelt Samiksha over een gebeurtenis die in menselijk opzicht onmogelijk was …

Op mijn 23e werd ik voor het eerst moeder van onze prachtige zoon Prajwan. Aan de ene kant was er vreugde om het nieuwe leven in ons gezin. Aan de andere kant was het ook een hele moeilijke tijd. Tijdens de bevalling verloor ik al mijn kracht en bloedde ik heel erg. Na allerlei onderzoeken en een lange tijd van ziekenhuisopname werd er geconstateerd dat ik een levensbedreigende ziekte had, die peripartum-cardiomyopathie (PPCM) genoemd wordt. PPCM is een zeer zeldzame hartaandoening die jonge vrouwen in hun vruchtbare levensfase treft. 1 op de 100.000 vrouwen krijgt deze ziekte en ik was die ene vrouw. Dat betekende niet alleen dat ik moest herstellen, maar ook dat het niet mogelijk meer was om onze gezinswens uit te doen laten komen. Kortom: De dokter vertelde ons dat ik nooit meer zwanger mocht raken. De kans dat ik of mijn kind dan zou komen te sterven was namelijk zeer groot!

“Na allerlei onderzoeken en een lange tijd van ziekenhuisopname werd er geconstateerd dat ik een levensbedreigende ziekte had, die peripartum-cardiomyopathie (PPCM) genoemd wordt”

Toen Prajwan twee jaar was en naar de peuterschool ging, zagen we dat hij behoefte had aan een maatje en ons verlangen om een 2e kind groeide. De dokters raadden dit ten zeerste af. “Je hebt een zoon en daar mag je blij mee zijn”, zeiden ze. In mijn verdriet bad ik tot God en zei ik: “Heer, als U het wil, dan is NIETS onmogelijk.” De weken daarna vlogen voorbij en ons verlangen voor het krijgen van een 2e kind was volledig weg. Maar na een maand gebeurde het ondenkbare, ik bleek zwanger te zijn!

“Ook mijn familie, vrienden en broeders en zusters uit de kerk vertelden mij dat ik mijn kind moest laten aborteren. Ze vonden de zwangerschap onvoorzichtig en onverantwoordelijk.”

Opnieuw gingen we naar de dokter en diezelfde ochtend las ik uit Jesaja hoofdstuk 2:22 “Zie voor uzelf dan af van de mens – in zijn neus heeft hij slechts adem – want als wat is hij eigenlijk te beschouwen?” Deze tekst vertelde ons dat we niet op dokters moesten vertrouwen, zij haalden tenslotte adem door de neus die God hun gegeven heeft. Maar de dokters waren fel tegen mijn zwangerschap. Ook mijn familie, vrienden en broeders en zusters uit de kerk vertelden mij dat ik mijn kind moest laten aborteren. Ze vonden de zwangerschap onvoorzichtig en onverantwoordelijk. Ondanks dat ik wist dat dit in Gods ogen niet juist was, besloot ik om toch de abortuspil te nemen…

– Wat er daarna gebeurde leest u volgende week